ADA : Femmes et nouvelles technologies  - Femmes et  IT - Femmes et TIC
 

zoek

Newsletter

 
 

In dezelfde rubriek:

ICT-sector bezig met inhaalbeweging arbeid-gezin

Stand-by en precair

Vrouwen en nieuwe economie in Quebec

 
Click hier om de rubriek af te drukken

Conferentie "De Prijs van Gender"

Nederland werkt aan ICT-kennissite

Met een aandeel van slechts elf procent vrouwen in de ICT-sector scoort Nederland bedroevend laag. Het EQUAL-project "Vrouwen scheppen kansen in de ICT" probeert er wat aan te doen en zette op een recente conferentie "De Prijs Van Gender" in Utrecht een aantal instrumenten voor verandering op een rij. Het meest in het oog springende instrument is ongetwijfeld de ontwikkeling van een ICT-kennissite.


Helma Vlas (Universiteit Twente), drijvende kracht achter de Gender Inclusieve Werkomgeving
België telt 28% vrouwen in de ICT-sector en 15% vrouwen met een ICT-beroep, en ieder jaar wordt een lichte stijging genoteerd (1). Nederland telt 11% vrouwen en er komt maar geen verandering in (2). Van onze Noorderburen zou je anders verwachten, want geen land dat in alles en nog wat het voortouw neemt als Nederland. Maar niets is dus minder waar op het vlak van vrouwen en arbeid, en in het bijzonder op het vlak van vrouwen en ICT. Om over vrouwen in topfuncties nog te zwijgen.

Ina Brouwer, ex-politica en auteur van het boek ‘Het Glazen Plafond’ (3), ziet hier maar één verklaring voor: de Nederlandse overtuiging dat een kind beter af is bij zijn moeder thuis is onveranderd sinds de Eerste Wereldoorlog. “Wij voeren hier nog de discussies die jullie Belgen in de jaren zeventig voerden. Nederlanders weten nog altijd niet of crèches goed of slecht zijn voor kinderen.”

Structureel tekort kinderopvang

Nederland was neutraal in de Eerste Wereldoorlog. Terwijl vrouwen in de overige landen massaal het werk van mannen overnamen, ging het leven achter de Hollandse dijken rustig door. Noodzaak tot verandering was er niet. Wat er toe leidde dat ook na de oorlog opvattingen over mannelijkheid en vrouwelijkheid niet hoefden bijgestuurd. Met als gevolg, aldus Ina Brouwer, de tot op de dag van vandaag in Nederland ‘natuurlijk’ en universeel bevonden vrouwenrol van “zuinige huisvrouw die het nageslacht netjes, nuchter en liefdevol grootbrengt.”

Dat Nederland kampt met een structureel tekort aan kinderopvang, hoeft bijgevolg niemand nog te verwonderen. In Nederland wordt nog maar sinds 1990 echt werk gemaakt van kinderopvang (4). De meeste Nederlanders moeten zich in afwachting van meer collectieve voorzieningen voorlopig maar individueel zien te redden, luidt het. Iets wat voor vrouwen meestal het aannemen van deeltijdse arbeid betekent. Een type arbeid dat ook in Nederland minder kansen biedt op promotie dan voltijds werk.

Maar afgezien van de vraag naar meer en betere kinderopvang is Nederland ook duidelijk voor het nemen van diverse maatregelen op het gebied van arbeidsvoorwaarden. Hoog op de agenda van tal van vrouwenorganisaties staat de vraag naar meer flexibiliteit in arbeidstijden, telewerken en betere verlofregelingen, en de inrichting van ‘gemaksdiensten’ zoals een stomerijservice, een boodschappendienst, enz. Kortom, allemaal maatregelen die een gender inclusieve werkomgeving moeten bevorderen.

Kennissite

Om bedrijven te ondersteunen bij het realiseren van een gender inclusieve (GI) werkomgeving werkt Capabel Vrouwenvakschool momenteel binnen het EQUAL-project aan de ontwikkeling van een kennissite met diverse instrumenten. Eén van de instrumenten is de Gender Inclusieve Scorekaart, waarvan tijdens de conferentie een prototype werd voorgesteld door Helma Vlas van de Universiteit van Twente. De bedoeling van deze online scorekaart is bedrijven door middel van een ‘quick scan’ te laten nagaan in hoeverre hun bedrijf op de diverse deelgebieden al gender inclusief is. Vervolgens ontvangen de bedrijven gericht advies.

Een ander instrument is de Business Case. Een model waarin wordt aangegeven hoe bedrijven zelf de effecten van hun activiteiten op het gebied van gender aantoonbaar kunnen maken, zowel wat betreft de vorderingen als wat betreft het effect op bijvoorbeeld de bedrijfsresultaten. Hier wordt ook het belang van een GI-werkomgeving toegelicht. Want, zo benadrukte Helma Vlas, een gender inclusieve werkomgeving is geen ‘vriendelijke geste’. Er wordt gekeken naar de behoeften van zowel mannen als vrouwen. En dit alles vanuit de gedachte dat het bedrijf er merkbaar en meetbaar beter van wordt. En omdat is geweten dat een verandering die niet gedragen is door de directie en het managementteam weinig kans maakt op slagen, werd ook een GI-attitude test op punt gesteld. Een test waarmee managers en directieleden hun persoonlijke houding kunnen toetsen t.a.v. gender. Een verzameling good practices moet hierbij helpen overtuigen.

Maar de kennissite zal nog veel meer bevatten. Op de site zullen bedrijven via diverse invalshoeken zich kunnen informeren of ondersteuning ontvangen. Als kenniscentrum wil de site ook een uitgebreid overzicht geven van hulpbronnen en -middelen die in Nederland en internationaal voorhanden zijn.

Jammer genoeg is al dit moois nog niet online bij het ‘ter perse’ gaan van dit artikel. Maar wie al een glimp wil opvangen, surft als de bliksem naar http://www.vrouwenindeit.nl en houdt die URL in de gaten. Want als het project “Vrouwen scheppen kansen in de ICT” zijn ambitie waarmaakt, zal de site ook voor Belgische bedrijven een bron van inspiratie zijn. Zie op de site ondermeer al de good practices van Getronics, Microsoft en IBM.

Corine Van Hellemont
juni 2004

(1) NIS, juni 2001. Volgens regio: 29,7% in Vlaanderen, 26,5% in Wallonië en 29,7% in Brussel. Een meer recente studie in Vlaanderen toont 31% vrouwelijke ICT-bedienden (Valgaeren, E. 2003).
(2) Bron: Enquête Beroepsbevolking (2001) in: “Belemmeringen en kansen voor vrouwen in de ICT”, Capabele Vrouwenvakschool, Amstelveen, september 2003.
(3) Brouwer, Ina (2003). “Het Glazen Plafond. Vrouwen aan de top, verlangens en obstakels.” Boom, Amsterdam.
(4) van IJzendoorn, R., Tavecchio, L., Riksen-Walraven, M. (2004). “De kwaliteit van de Nederlandse kinderopvang”. Boom, Amsterdam.





Forum de l'article

 
Attribution-NonCommercial 2.0 Belgium