ADA : Femmes et nouvelles technologies  - Femmes et  IT - Femmes et TIC
 

zoek

Newsletter

 
 

In dezelfde rubriek:

Schiet Peeceefobie-campagne haar doelpubliek voorbij?

Stereotypen consumeer je met verstand

 
Click hier om de rubriek af te drukken

Afbeeldingen analyseren

In welke beelden wil jij geloven?

De pc-vrezende Ginette die haar laptop te lijf gaat met een deegrol... De Femfox-campagne waarin foto’s gebruikt worden van een vrouw in lingerie om de vrije Firefoxbrowser aan te prijzen... Trinity die geheel in het zwart gekleed een computer hackt in The Matrix... Wat kunnen we uit die beelden opmaken? Hoe kunnen we afbeeldingen van vrouwen en technologie ontrafelen en analyseren?

Beelden zijn overal, in kranten, op straat en op tv. Ze bestaan in verschillende vormen: reclame, films en stripverhalen. Sommigen spreken ons aan, andere beelden verleiden ons, choqueren of maken ons bang. We weten niet altijd hoe we die beelden moeten interpreteren, en bij sommige beelden voelen we ons niet op ons gemak, zonder dat we echt kunnen zeggen waarom. Voor wie verder wil kijken dan alleen de beelden zelf en dieper op dit onderwerp wil ingaan, is ADA bezig met de ontwikkeling van een pedagogisch instrument om het beeld van vrouwen en technologie te analyseren, te begrijpen en waar nodig te ontkrachten.

Stereotype beelden

Waarom zijn er zo weinig vrouwen die een informaticaopleiding volgen of in de informaticasector werken (1)? Misschien simpelweg omdat er door alle bestaande afbeeldingen voornamelijk een stereotype beeld wordt geschetst van de informaticaberoepen in de nieuwe technologieën. Zo krijgen meisjes een verkeerd beeld van deze beroepen en voelen ze zich totaal niet aangetrokken tot de informaticasector. Technologie en informatica worden beschouwd en voorgesteld als mannelijke disciplines. De computer is emotieloos en wordt gezien als een vlucht uit de werkelijkheid. Een informaticus is een jongere, een ’hacker’, die nachten achter zijn pc zit en zich bezighoudt met onbevredigende droombeelden in een digitale wereld.

Dit karikaturale beeld van een informaticus/hacker is het beeld dat jongeren vandaag hebben en voor geen van beide geslachten echt aantrekkelijk is. Maar voor meisjes is het nog moeilijker dan voor jongens om zich te identificeren met een dergelijke persoon, omdat dit beeld voor meisjes verder afstaat van hun identiteit. De huidige maatschappij is nog steeds gebaseerd op een rolverdeling tussen de seksen: vrouwen hebben de verantwoordelijkheid over dingen in de privé-sfeer, over communicatie en relaties. Zich identificeren met het beeld van een informaticus is daarom niet verenigbaar met wat de maatschappij van meisjes lijkt te verwachten (2).

Bovendien, wanneer vrouwen in reclame worden afgebeeld in relatie tot technologie (3) worden ze vaak als leken afgeschilderd, terwijl mannen als specialisten worden neergezet. In deze beelden worden vrouwen ook vaker geassocieerd met de privé-sfeer (huishouding, opvoeding van de kinderen, seksualiteit) en mannen vaak in de publieke sfeer (werk, politiek).

Bij fictie is het beeld van vrouwen vaak heel anders. Wanneer vrouwelijke personages te maken krijgen met techniek (spelletjes, films, stripverhalen), nemen ze vaak de vorm aan van een ’Super Woman’: ze zien er geweldig uit, ze kunnen alles en ze hebben mannelijke eigenschappen zoals onafhankelijkheid en felheid. Dit beeld staat mijlenver af van de identiteit die meisjes en vrouwen volgens onze samenleving hebben: ze zijn vriendelijk, toegewijd, bescheiden,...

Als we dus de afbeeldingen moeten geloven, gaan vrouwen en technologie niet samen. Met als gevolg dat een carrière als informaticus vrouwen afschrikt. Deze stereotypen over mannen, vrouwen en technologie worden vaak in stand gehouden door reclame-advertenties, films en stripverhalen. Zo worden de stereotypen in stand gehouden, terwijl de realiteit van beroepen en personen die werken in de ICT veel complexer is en veel opener met betrekking tot de verschillen tussen de seksen en persoonlijkheden. Maar deze stereotypen worden niet altijd veroorzaakt door de beelden zelf, ook de manier waarop we naar beelden kijken en waarop we beelden interpreteren kan eraan bijdragen.

Ontstaan en voortbestaan

Vrije software en kanten ondergoed?
Enkele weken geleden keken we met verbazing naar het initiatief van drie Fransen die het gebruik van de vrije browser Firefox wilden promoten. Hun idee? Ze wilden een kleine internetsite "Femfox" opzetten met daarop enkele ’artistieke’ foto’s van een vrouw in lingerie die te gebruiken zouden zijn als bureaublad. Het verband met Firefox? Dat was er niet. Maar het is algemeen bekend, seks verkoopt, dus waarom zouden ze niet de bekende commerciële technieken gebruiken om de voordelen van vrije software aan te prijzen?

Het antwoord van ADA: juist omdat het vrije software is, zou het goed zijn om een alternatief te zoeken voor de gebaande commerciële paden. Een vrouw neerzetten als object, zelfs als het haar eigen idee was (want dat wordt vaak als excuus gebruikt), lijkt ons weinig gemeen te hebben met de principes van vrije software. Slechts 4% van de ontwikkelaars van ’open source’ zijn vrouwen. Wedden dat ze zich door dit soort initiatieven nog minder welkom voelen in een wereld die toch al lijdt onder een ultramannelijke imago? Het ADA team heeft niets tegen sexy vrouwen en het gebruik van dat beeld in informaticareclame, zolang we deze vrouwen maar in actie kunnen zien: ze zien coderen, programmeren en hun fantastische technische kwaliteiten aan bod laten komen. En dat is duidelijk niet het geval bij deze "Femfox".

Voor een korte samenvatting van het debat, raden wij u de blog van Kozlika aan:
- kozlika (mais-de-quoi-se-melent-elles)
- kozlika (firefem)

Stereotypen worden gevormd door onze ervaringen en culturele vormingen. Het zijn ’overtuigingen’ over bepaalde groepen: auto’s rijden, vogels vliegen en vrouwen? Stereotype zijn vrouwen zachtaardig. In tegenstelling tot fysieke eigenschappen van voorwerpen, zijn stereotypen over groepen ’sociale constructies’, ze sluiten aan bij een bepaalde culturele context. Ze worden gedeeltelijk onderwezen en we zien ze rondom ons, in gewoontes en gedragingen van mensen uit die groepen (4). We nemen deze stereotypen maar al te graag over, want ze zijn nuttig en ze helpen ons de wereld te rechtvaardigen, zoals de rollen in onze samenleving (werklozen zijn lui, daarom hebben ze geen werk) maar ook in onze internationale betrekkingen (onze vijanden zijn wreed, daarom voeren we oorlog). Wat de seksen betreft, zijn de rollen duidelijk verdeeld. Vrouwen zijn zachtaardig en bekommeren zich om anderen, waardoor ze geschikt zijn om thuis te blijven, voor de kinderen te zorgen of in de zorg te werken (onderwijzeres, verpleegster...). Mannen daarentegen zijn ambitieus en competitief, waardoor ze op verantwoordelijke posten terechtkomen. Het bijna ’heilige’ begrip natuur geeft ons een behaaglijk gevoel: de wereld is zoals hij moet zijn.

Worden de neigingen van de seksen veroorzaakt door onze genen of worden ze bepaald door onze opvoeding en de afbeeldingen die we zien? Dit debat wordt al sinds lange tijd gevoerd en recente gegevens tonen aan dat als er aangeboren neigingen zijn, deze versterkt worden en veranderd worden door de manier waarop jongens en meisjes worden opgevoed. Omdat stereotypen ons al op hele jonge leeftijd beïnvloeden, kunnen ze een eigen realiteit creëren: omdat ’geleerd’ wordt dat meisjes zachtaardig zijn, worden ook veel meisjes zachtaardig.

In het algemeen denkt men dat de stereotype beelden en de media deze tweedeling tussen mannen en vrouwen versterken. Bovendien zorgen deze beelden ervoor dat er afbeeldingen gecreëerd worden van groepen waarmee we weinig of geen direct contact hebben, zoals bijvoorbeeld Chinezen, Mormonen of... informatici. Hoe meer een verband ’categorie-eigenschappen’ voorkomt en bevestigd wordt door ’feiten’, hoe meer stereotypen er ontstaan. Vrouwen die in reclame-advertenties technologie gebruiken zijn vaak ondeskundig. Hoe vaker deze beelden rondgaan, hoe meer wij a priori aan de categorie ’vrouwen’ de eigenschap ’weet niks van informatica’ toekennen.

ADA is bezig met de ontwikkeling van een instrument om beelden te analyseren. De bedoeling van dit instrument is te breken met de herhaling van beelden die de oorzaak zijn van de verspreiding en het voortbestaan van stereotypen. Maar het is ook de bedoeling om onze eigen vooroordelen los te laten. Omdat iets in het algemeen waar is, moeten we niet aannemen dat in reclame, videospelletjes en actiefilms ’aldtijd’ stereotype beelden van vrouwen worden gebruikt. Dat is namelijk niet het geval.

Stereotypen ontkrachten

Stereotypen doorprikt
Een bezoekje, georganiseerd in het kader van het mentorshipproject Pimp IT up, aan het informaticabedrijf Cronos in Edegem volstond voor de laatstejaars van het Sint Annacollege uit Antwerpen om een aantal vastgeroeste stereotypen over het informaticaberoep te doorprikken.

"We dachten dat het een bende nerds ging zijn, maar dat blijkt niet te zijn. We hebben met heel veel sympathieke mensen kennis kunnen maken."

"De werksfeer is helemaal anders dan ik me had voorgesteld in zo’n informaticabedrijf. Je zou denken dat iedereen op zijn eigen werkt, maar hier merk ik een zeer losse sfeer en iedereen werkt samen."

Stereotypen werken op een aparte manier: ze veranderen niet. Als ze eenmaal verankerd zijn in de samenleving, geraak je er maar moeilijk vanaf, want onze hersenen hebben de eigenschap dat ze informatie sorteren en dat ze slechts onthouden wat hen uitkomt. Dat wil echter niet zeggen dat onze hersenen blind zijn voor dingen die niet overeenstemmen met een stereotype, integendeel zelfs. Onze hersenen zullen de tijd nemen om deze ’inconsistentie’ aan te pakken, om deze aan de kant te schuiven en het stereotype te beschermen (als het stereotype ten minste nuttig is). We creëren dus spontaan een uitzondering als we iets zien wat niet overeenkomt met wat we hadden verwacht.

We kunnen verhinderen dat iets opzij geschoven wordt als het ’verrassend’ is. Als we het beeld analyseren, kunnen we bepalen of het beeld het stereotype versterkt of ontkracht. Als een beeld in de lijn ligt van het stereotype, het versterkt, dan is er geen cognitief conflict, het individu vervolgt rustig zijn route, zonder dat hij of zij het beseft. Het individu is immers niet tegen de haren ingestreken, zijn/haar overtuigingen worden bevestigd. Door een beeld te analyseren, kun je je vragen stellen over dit stereotype, over de ogenschijnlijke ’natuurlijkheid’ van een afbeelding en kun je het stereotype in twijfel trekken. Als daarentegen het beeld het tegengestelde is van het stereotype, kun je door het beeld te analyseren bewust worden van het vernieuwende karakter van het beeld. Echter, wil een zogenaamd ’contrastereotype’ beeld een stereotype kunnen veranderen, moet het niet afgedaan kunnen worden als een uitzondering. Het nieuwe beeld moet dus een situatie of persoon voorstellen die dicht genoeg bij het originele stereotype ligt, zodat het stereotype kan verschuiven, En dan moet de herhaling van ’goede’ beelden langzaamaan ervoor zorgen dat het stereotype verandert.

Tot slot, als iedereen die beelden maakt, probeert om stereotypen te vermijden, zullen op termijn de afbeeldingen op een positieve manier veranderen...

Eleonore Seron
maart 2006

In samenwerking met filmhistorica Muriel Andrin (docente ULB en UA), ontwikkelt ADA een pedagogisch multimedia-instrument om beelden te analyseren, en te begrijpen dat elk beeld (vaste of bewegende beelden) het resultaat is van een systematische constructie van degenen die het beeld voortbrengen, met als doel om een bepaald effect te verkrijgen bij degenen die het beeld zien. Dit instrument is bedoeld voor leerkrachten en zou in de loop van 2006 afgerond moeten worden. Als u geïnteresseerd bent in dit project, aarzel dan niet om nu al contact met ons op te nemen, dan houden wij u op de hoogte van de ontwikkelingen (5).

Noten & links
(1) Acht à tien procent van de studenten informatica is in België van het vrouwelijke geslacht.
(2) Zie Ada’s artikels Hoe ziet een informaticus m/v er eigenlijk uit? en Informaticastudies: onbekend maakt onbemind
(3) Lees meer in Ada’s rubriek Vrouw- en manbeelden in ICT-tijdschriften, een onderzoek van ADA in samenwerking met het Media Meldpunt ZORRA (http://www.zorra.be) en het Centrum voor Vrouwenstudies aan de Universiteit Antwerpen.
(4) Stereotypen ’vormen’ het gedrag. Zie Ada’s focus op Gedifferentieerde socialisatie
(5) Mail naar info@ada-online.be





Forum de l'article

 
Attribution-NonCommercial 2.0 Belgium