![]() |
![]() |
|
![]() |
||||||||||||
![]() |
![]() |
![]() |
![]() |
![]() |
![]() |
||||||||||
![]() |
|
De vrouwelijke programmeurs van ENIAC, eerste elektronische computer Zes vrouwen stonden aan het hoofd van het team dat de eerste volledig elektronisch werkende digitale computer ter wereld (ENIAC) programmeerde: Marlyn Meltzer, Ruth Teitelbaum, Frances Spence, Kathleen Antonelli, Jean Bartik en Betty Holberton.
De naam ’computers’ werd voor het eerst gebruikt om te verwijzen naar een team van zo’n 80 vrouwen dat tijdens Wereldoorlog II aan de hand van grote analoge mechanische rekenmachines (differentiële analysatoren) ingewikkelde ballistische trajecten berekende voor het Amerikaanse leger. In 1945 werden zes vrouwelijke ’computers’ geselecteerd voor de programmatie van de Electronic Numerical Integrator And Computer (ENIAC): Marlyn Meltzer, Ruth Teitelbaum, Frances Spence, Kathleen Antonelli, Jean Jennings Bartik en Betty Holberton.
De ENIAC programmeurs beschikten over geen enkele handleiding. In die tijd gebeurde ’programmeren’ nog op het niveau van de machine zelf: het fysiek ’besturen’ van meer dan 3.000 schakelaars en honderden kabels die de data en de programmapulsen op de juiste manier door de machine moesten sturen. Vergeleken met de hedendaagse computers was de ENIAC machine een grotesk monster: ze woog zo’n 30 ton en bestond uit zo’n 19.000 vacuum buisjes, 1.500 elektrische relais en honderdduizenden elektrische weerstanden, condensators en inductoren die samen zo’n 200 kilowatt elektriciteit verbruikten.
Toch was ENIAC hét prototype van de hedendaagse computers. De machine was nauwkeuriger dan haar voorganger omdat nummers niet meer werden voorgesteld door continue (=analoge) (en aan verandering onderhevige) elektrische stroomstoten, maar door de aan- of afwezigheid van een stroomimpuls (=digitaal). Snelheid werd gewonnen door alle mechanische componenten te vervangen door elektronische.
Marlyn Meltzer en Ruth Teitelbaum Frances Spence en Kathleen Antonelli Jean Jennings Bartik en Betty Holberton Na de oorlog helpte Jean Bartik mee aan de omschakeling van ENIAC tot een snellere machine die makkelijker te programmeren was en meer gesofisticeerde problemen aankon. Na de ENIAC periode ontwierp Jean Bartik een programmeertaal (BINAC) en een electrostatisch systeem voor geheugen backup van de UNIVAC I, de opvolger van ENIAC. Ze schreef handleidingen die het bedrijfsleven op de hoogte moesten stellen van een nieuwe klasse van krachtige computers -de microcomputers- en werkte onvermoeid om het gebruik van computers te vergemakkelijken. Betty Holberton werkte na ENIAC bij het bedrijf Eckert & Mauchly dat de eerste commerciële computers ontwierp. Ze programmeerde de C-10 instructiecode voor UNIVAC I, waardoor programmeren voor programmeurs voor eens en altijd sneller en makkelijker werd. Voor UNIVAC I ontwierp Holberton eveneens een controlepaneel, een keyboard en een numerisch keypad. In de jaren vijftig maakte ze deel uit van het COBOL comité dat de eerste bedrijfsprogrammeertaal ontwierp en decennialang was ze actief in comités die werkten aan nationale en internationale computerstandaarden. Bronnen: Forum de l'article |
![]() |
||||||||||||
![]() |
![]() |
![]() |
|||||||||||||
![]() |
![]() |
||||||||||||||
![]() |
![]() |
![]() |
|||||||||||||
![]() |
![]() |
![]() |
![]() |