![]() |
![]() |
|
![]() |
||||||||||||
![]() |
![]() |
![]() |
![]() |
![]() |
![]() |
||||||||||
![]() |
|
KdG-debat: ICT verboden vrucht voor Eva? Informatica in secundair onderwijs is saai Informatica in het secundair onderwijs is geen warmmaker voor vervolgstudies informatica, zo blijkt uit een debatontmoeting eind vorig jaar met de informaticastudenten van de Karel de Grote-Hogeschool. Zowel de panelleden als het publiek formuleerden enkele oplossingen. Niet akkoord? Surf dan als de bliksem naar Ada’s poll en discussiethema op het kersverse genderforum.be.
Eind vorig jaar nodigde de Karel de Grote-Hogeschool (KdG) in Antwerpen, in aanwezigheid van Ada, een aantal panelleden uit om met haar informaticastudenten te debatteren over de vraag “ICT, een verboden vrucht voor Eva?” Al vlug bleek dat ICT geen verboden vrucht is voor Eva, maar dat het Eva niet gemakkelijk wordt gemaakt. Na afloop van het bedrijfstheater “Like a Fish in the Water” (1) beaamde panellid en informaticus Mieke De Winter, Unit Manager Applications Solutions bij CTG (2) , dat er inderdaad nog altijd sprake is van een groot aantal stereotypen. “Informatica ligt in het verlengde van techniek en lange tijd werden enkel mannen daarmee geassocieerd.” De Winter betreurde dat de media die associatie blijft bevestigen. En omdat Frank Franceus, adjunct kabinetchef van de Vlaams minister van Bestuurszaken, Buitenlands Beleid, Media en Toerisme, ook tot de panelleden behoorde werd al vlug naar hem gekeken of zijn kabinet niets aan die media kon doen. “Aan de persvrijheid mag niet geraakt worden, en dus moet de minister van media zich van zulke ingrepen weg houden”, luidde het. Oersaai en seutig
Uit het publiek rees al vlug een ander geluid, namelijk dat de manier waarop de informaticalessen in het secundair onderwijs worden gegeven, oersaai is. Het verwonderde deze studenten dan ook niet dat laatstejaars secundair onderwijs de informaticus als een nerd of seut hadden voorgesteld (zie tekening hiernaast). Een student klaagde er bovendien over dat tijdens die paar uurtjes informatica die ze in het secundair kregen meer bladzijden moesten worden overgetikt en uit het hoofd geleerd dan dat er echt iets op de computer werd gedaan of op de een of andere manier duidelijk werd gemaakt dat informatica ook communicatie is. Meerdere studenten lieten dan ook verstaan dat ze eerder thuis tot de studiekeuze van informatica zijn gekomen dan op school. Een studente: “Wij hadden vrij snel een computer thuis en werkjes voor school maakte ik altijd op de computer. Toen ik boekhouden-informatica ging studeren, kreeg ik een eigen computer en dat stimuleerde mij om met informatica verder te gaan.” Een andere student vond het dan weer heel jammer dat hij van ASO naar TSO is moeten overstappen omdat hij gewoon enkele uurtjes meer informaticales wilde volgen.” Leerlingen ICT-vaardiger dan leerkrachten
Jef Staes, industrieel ingenieur en auteur van meerdere publicaties over management (4), vindt het onderscheid tussen ASO en TSO sowieso achterhaald. Dit onderscheid afschaffen “zou misschien al meer jongens en meisjes informaticavakken doen kiezen.” Maar het grote probleem voor Staes is dat heel wat ICT-leerkrachten vaak minder van informatica afweten dan hun leerlingen. “Veel leerkrachten hebben geen flauw idee waarmee hun leerlingen thuis en in hun vrije tijd bezig zijn, hoe ze tegenwoordig hun GSM gebruiken, foto’s en video’s up- en downloaden, hoe ze gamen en deel uitmaken van internetgemeenschappen, en sommigen zelfs eigen websites bouwen.”
Veerle Carpentier, oudstudente Toegepaste Informatica aan de KdG en momenteel werkzaam als secretariaatsmedewerker in Mater Salvatoris te Kapellen, is het daar volledig mee eens: “Er moet anders les worden gegeven. Op onze school wordt daaraan gewerkt, maar het is en blijft moeilijk ICT-leerkrachten te overtuigen dat ze de leerlingen meer actief moeten betrekken bij het lesgeven. Je moet kunnen zeggen tegen sommige van je leerlingen die er meer vanaf weten dan jij: hé, meisje of jongen, leg ons eens uit hoe dat werkt.” Inderdaad, zegt Staes: “Leerkrachten hebben nog teveel schrik om gezichtsverlies te lijden en beperken zich tot het lesgeven in de weinige dingen die ze wel kennen. Zo zorgen ze ervoor dat informatica een saaie bedoening blijft.” Meisjes aanmoedigen te experimenteren Mieke De Winter blijft niettemin optimistisch. “Het is een kwestie van tijd. Een gans nieuwe generatie leerkrachten komt er aan die zullen zijn opgegroeid met computers en die er weer meer zullen van afweten dan hun leerlingen.” Allemaal waar, klonk het van uit de zaal, maar ondertussen stelt het probleem zich wel dat weinig jongens en nog minder meisjes kiezen voor een vervolgstudie informatica. De dertienduizend ICT-vacatures zijn nog lang niet ingevuld (5). “Het is hoog tijd dat in het secundair onderwijs de ICT-lessen boeiender worden gegeven, zodat meer leerlingen warm worden gemaakt voor informaticastudies.” “Inderdaad,” klonk het verder in de zaal. Zo Katrijn De Troeyer, docent Computerarchitectuur aan de Karel de Grote-Hogeschool: “Je moet de leerlingen actiever laten participeren, en als leerkracht vooral meisjes aanmoedigen om te experimenteren, want dat is helaas niet iets wat meisjes thuis snel krijgen aangeleerd. Van een jongen is het vanzelfsprekend dat hij zijn computer uit elkaar haalt, zaken op zijn PC installeert en de boel laat vastlopen. Van meisjes wordt helaas nog altijd verwacht dat ze rustig zijn, geen risico’s nemen en vooral niet voor problemen zorgen.” Kirsten Dewaelheyns, projectcoördinator bij Atel en partner in het Ada-project te Antwerpen, wees er dan ook op dat Ada speciaal voor meisjes van 9 tot 15 jaar een pedagogisch koffertje “Cybersoda” (5) heeft gerealiseerd om meisjes (en jongens) onder begeleiding van hun leerkracht met informatica te laten experimenteren.
Corine Van Hellemont
Forum de l'article |
![]() |
||||||||||||
![]() |
![]() |
![]() |
|||||||||||||
![]() |
![]() |
||||||||||||||
![]() |
![]() |
![]() |
|||||||||||||
![]() |
![]() |
![]() |
![]() |